.
 

Archieven> N°92 > artikel
article précédent image suivante

Anti-oxiderende voeding

Van een voeding rijk aan antioxidantia is al de waarde bewezen bij de preventie van tal van chronische aandoeningen. Maar wat moeten we in ons bord leggen om zeker te zijn de vrije radicalen goed te bestrijden?

" HEALTH & FOOD " nummer 92, 2008

het artikel drukken
Iedereen weet dat groenten en fruit rijk zijn aan antioxidantia. Dat is een gevolg van het feit dat ze zichzelf moeten beschermen tegen tal van vrije radicalen die vrijkomen bij de fotosynthese. Bij de mens worden de meeste antioxidantia aangebracht via de voeding. Die maken het mogelijk de schade te beperken veroorzaakt door de vrije radicalen onder andere aan het DNA, de eiwitten en de vetten in het lichaam. De antioxidantia werken in via twee wegen : ze spelen een rol bij de aanmaak van enzymen die de oxidatie bestrijden en ze kunnen ook een rechtreeks antioxiderend effect uitoefenen. Het zijn niet enkel de vitamines die dergelijke eigenschappen hebben ; ook de polyfenolen spelen hier een rol. De grote variatie van deze moleculen maakt de studie ervan bijzonder complex. Hun absorptiepercentage is nog slecht gekend en ook hun effect in vivo.

De strijd tegen de oxidatie is doeltreffend
sche studies die aantonen dat hoe geringer de antioxiderende status, hoe groter het risico is op kanker, cardiovasculaire aandoeningen en andere degeneratieve ziekten. In de MONICA-studie werd aangetoond dat mensen bij wie plasmaconcentraties van antioxidantia lager waren dan 25 ŕ 35% onder de drempelwaarden twee keer meer risico liepen op kanker of een cardiovasculaire ziekte dan de anderen. In de Su.Vi.Max-studie was al aangetoond dat supplementen met antioxidantia in nutritionele doses het risico op kanker konden doen dalen en met 31% en dat op sterfte met 37%, maar enkel bij mannen. Dat geslachtsgebonden verschil kan worden verklaard door het feit dat vrouwen meestal al meer groenten en fruit verbruiken dan mannen en dus al dergelijk beschermend effect hebben via hun voeding. Er lijkt een drempel te bestaan voor de aanbreng van antioxidantia waarboven er geen bijkomend beschermend effect meer kan verkregen worden. De suppletie met antioxidantia of het verhoogd verbruik van groenten en fruit is dus maar nuttig bij mensen met van bij het begin een te geringe status aan antioxidantia. Het gaat dan om mensen die niet voldoende plantaardige producten gebruiken en om hen met een verhoogde oxidatiestress zoals rokers bvb.

En op het bord?
De nutritionele doelstellingen voor de Belgische bevolking vanwege de Hoge GezondheidsRaad bevelen aan dagelijks 400 gram groenten en fruit te eten. Maar men geeft niet altijd duidelijk aan welke hoeveelheid groenten en fruit nodig is om die doelwaarden te bereiken en evenmin de middelen om die aanbevelingen in de praktijk om te zetten. Courant wordt als richtlijn aangegeven 5 porties per dag maar de term portie blijft ietwat vaag voor de meeste mensen. Een portie komt overeen met een gewoonlijk verbruikte eenheid. Dat is dus relatief eenvoudig voor stukfruit aangezien een portie overeenkomt met bvb. een appel, een peer, een kleine banaan of twee clementines. Voor de groenten is dat anders aangezien we hier niet per eenheid kunnen tellen want het gaat om wortelschijfjes of spinazie! Over het algemeen kunnen we zeggen dat een portie overeenkomt met 3 tot 4 eetlepels gekookte groenten of met een tas soep.

Eet gekleurd!
De kleur van plantaardige producten komt goed overeen met hun gehalte aan antioxidantia. Door gekleurde vruchten en groenten te kiezen en door de kleuren te variëren heeft men de beste waarborg voor de beste variatie in antioxidantia. Een andere aanwijzing om het anti-oxidatief vermogen in te schatten is de ORAC (Oxygen Radical Antioxidant Capacity), een gestandaardiseerde methode waarmee het totale antioxiderende vermogen wordt geëvalueerd door de fluorescentie te meten die wordt afgeremd door antioxiderende bestanddelen. In Canadese aanbevelingen wordt trouwens verwezen naar een bepaald aantal ORAC-eenheden die dagelijks dienen geconsumeerd en dat zou wel eens objectiever kunnen zijn dan zich te baseren op een bepaalde hoeveelheid, aangezien niet alle groenten en fruit het zelfde gehalte aan antioxidantia hebben. Toch een nadeel: de ORAC is gebaseerd op de analyse van rauwe plantaardige gewassen en dat is niet representatief voor wat men eet na koken en evenmin wat werkelijk wordt geabsorbeerd...

Tot besluit : als we een ding moeten onthouden over de aanbreng van groenten en fruit dan is het wel dit : door elke dag 5 porties groenten en fruit te eten en die zoveel mogelijk af te wisselen hebben we een waarborg voor een goede dekking van onze behoeften aan anti-oxidantia en dat speelt een zekere rol bij de preventie van heel wat aandoeningen.

De Redactie

hoog van bladzijde


Google

Web
H&F.be
 

 

© Health and Food est une publication de Sciences Today - Tous droits réservés