.
 

Archieven> N°63 > artikel
<< previous next >>

2080: een gevaarlijk jaar voor obesitas?

Tot vervelens toe wordt herhaald hoe erg de aktuele obesitasepidemie wel is, en tot vervelens toe wordt herhaald dat er geen coherent beleid van de overheid is om deze epidemie aan te pakken. De situatie is vandaag inderdaad niet alarmerend ... in vergelijking met wat ons te wachten staat!

Door Patrick Mullie

" HEALTH & FOOD " nummer 63, Januari/Februari 2004

het artikel drukken

De cijfers van de grootste Vlaamse externe dienst voor preventie en bescherming op het werk (IDEWE), laten toe van de evolutie van overgewicht en obesitas in Vlaanderen en Brussel na te gaan. Deze cijfers zijn echter een optimistische schatting van de epidemie, gezien enkel de werknemers werden opgenomen, en deze zijn hoogstwaarschijnlijk gezonder dan de algemene bevolking. Voor de periode 1993 en 2000 steeg het voorkomen van een BMI boven 25 bij de vrouwelijke werknemers van 31% naar 37%, bij de mannelijke van 48% naar 52%. Dit betekent een stijging van 4% per 7 jaar, of 0,6% per jaar. Tijdens dezelfde periode steeg het voorkomen van obesitas met 3% bij mannen en 4% bij vrouwen.

2016: de Olympische Spelen in België!

De Olympische Spelen van 2016 in België organiseren, lijkt wel een leuk idee. Het potentieel aan toeschouwers is enorm, de afzetmogelijkheden voor snacks en frisdranken zijn verzekerd in een land met 61% van de mannelijke en 46% van de vrouwelijke werknemers met een BMI boven 25. Een volwassene op vijf is obees. Maar wie kan nog meesporten op de atletiekpiste?

2080: een nachtmerrie!

Aan het huidig ritme zitten in 2080 100% van de mannelijke werknemers met overgewicht, de vrouwelijke werknemers bereiken dit niveau 20 jaar later. Tussen 2150 en 2200 zit 100% van de aktieve bevolking met obesitas!

Deze simulatie veronderstelt een normale en constante evolutie van de epidemie, een hypothese die wordt tegengesproken door de gegevens van Chinn et al. (1). Deze Britse onderzoekers toonde bij Engelse jongeren aan dat het voorkomen van overgewicht en obesitas vrij stabiel was tussen 1974 en 1984 (5% voor jongens en 10% bij meisjes). Tussen 1984 en 1994 steeg de prevalentie tot 10% bij jongens en 13% bij meisjes.

Wat ging er fout sinds 1984?

Er werd uiteindelijk zeer weinig onderzoek gedaan naar het verloop van deze epidemie, en de gegevens van Chinn et al. (1) moeten uiteraard bevestiging krijgen alvorens conclusies te trekken. Het is een feit dat de maatschappij drastische veranderingen kenden sinds 1984. Het aantal TV-stations in gezinnen steeg enorm alsook de ontwikkeling van multimedia-appicaties (Internet, elektronische spellende, ...). Al deze factoren kunnen zorgen voor een lichte daling van lichaamsaktiviteit, met dramatische gevolgen op kort termijn.

Is de situatie nog omkeerbaar?

Om te vermageren moet men minder energie opnemen dan het lichaam verbruikt. Deze zeer eenvoudige theoretische stelling kent echter in de praktijk veel problemen, de compliance aan vermageringsdiëten is zeer laag.
De moderne diëtetiek zal op termijn genoodzaakt zijn om een alliantie aan te gaan met bewegingstherapeuten, met als doel de therapietrouw aan het vermageringsdieet op te drijven. “Wegen en bewegen” zijn inherent verbonden.
Deze stelling wordt zeer duidelijk geïllustreerd in de nieuwe voedingsdriehoek van Walter Willett (zie http://www.hsph.harvard.edu/now/aug24 ): de basis bestaat uit de raadgeving om ... dagelijks te bewegen!

Patrick Mullie
Diëtist

Referentie :
1. Chinn S, Rona RJ. Prevalence and trends in overweight and obesity in three cross sectional studies of British children, 1974-94. BMJ 2001;322:24-26.

hoog van bladzijde

<< previous

Google

Web
H&F.be
 

 

© Health and Food est une publication de Sciences Today - Tous droits réservés