.
 

News 2004
<< previous next >>

Kanker : wat achter vitamine E schuilgaat

Vorsers hebben aangetoond dat een welbepaalde vorm van vitamine E gepaard gaat met een significante daling van risico op blaaskanker.

Door Nicolas Guggenbühl

News van :
31 Maart 2004

het artikel drukken

Vitamine E wordt al lang bestudeerd op nutritioneel vlak met name op gebied van cardiovasculaire aandoeningen en van kanker. De antioxidatieve eigenschappen ervan maken dit vitamine tot een vanger van vrije radicalen en van die eigenschap wordt verondersteld dat het een beschermende rol speelt tegen kanker.

Een team van Amerikaanse onderzoekers, dat een onderzoek uitvoert over de verschillende risicofactoren bij blaaskanker, heeft zopas voorlopige resultaten meegedeeld op het recentste jaarlijkse congres van de American Association for Cancer Research*. En die gaan nu net over de rol van vitamine E, maar er blijken wel verschillen te bestaan afhankelijk van de vorm.

Alfa en gamma

Vitamine E komt vooral voor onder 2 vormen: alfa-tocoferol en gamma-tocoferol. Tot heden toe werd in de onderzoeken over voeding geen onderscheid gemaakt tussen beide vormen. Maar het wordt almaar duidelijker dat die niet volledig vergelijkbaar zijn. Dat is meteen ook waarschijnlijk de reden waarom sommige resultaten tegenstrijdig waren met vitamine E.

In deze studie hebben de auteurs hun onderzoek verricht vertrekkend van een gegevensbank waarin beide vormen van vitamine E afzonderlijk waren opgenomen. Hun resultaten hebben betrekking tot de incidentie van blaaskanker over een periode van 5 jaar en wijzen uit dat enkel alfa-tocoferol het risico significant beïnvloedt. Een hoge aanbreng ervan via de voeding gaat gepaard met een risicoreductie van 42 % en de combinatie voeding + supplementen met een daling van het risico met 44 %. Met gamma-tocoferol daarentegen werd geen verschil waargenomen.

Ieder zijn beurt ?

Alfa-tocoferol komt vooral voor in granen van zonnebloemen, amandelen, pepers, spinazie, mosterdgraantjes en plantaardige oliën. Noten, grauwe erwten, en sojaolie bevatten meer gamma-tocoferol.

Uit dit onderzoek mag niet besloten worden dat we voortaan uitsluitend de ene of andere bron van vitamine E moeten gaan aanbevelen. Het toont vooral aan dat het tijd wordt de diverse vormen van vitamine E van nabij te gaan bekijken. Het is niet uitgesloten dat we in de toekomst ook van de gamma-vorm goed nieuws zullen horen…

Nicolas Guggenbühl
Diëtist Voedingdeskundige

* Orlando, 30 maart 2004.

hoog van bladzijde

<< previous

Google

Web
H&F.be
 

© Health and Food est une publication de Sciences Today - Tous droits réservés