Door Nicolas Rousseau
" HEALTH & FOOD " nummer 55, Oktober/November 2002
|
Amerikaanse onderzoekers van de Harvard Medical School hebben onlangs het mogelijk verband tussen de aanwezigheid van antioxidantia in de voeding (vitamines C, E en carotenoïden) en het risico op het voorkomen van de ziekte van Parkinson onderzocht.
Voor deze studie werden de eetgewoonten van 76 890 vrouwen deelnemend aan de Nurses' Health Study en van 47 311 mannen uit de Health Professionals Follow-up Study grondig onderzocht. Er werden ook doelgerichte vragen gesteld omtrent het gebruik van vitamines en voedingssupplementen. De periode van onderzoek bij de mannen liep over 12 jaar en over 14 jaar bij de vrouwen. Op het einde van het onderzoek werden er 371 gevallen van de ziekte van Parkinson gesignaleerd (161 vrouwen, 210 mannen). In de twee cohortes werd geen enkel heilzaam effect vastgesteld als gevolg van het gebruik van vitamines (E, C of een cocktail van antioxidanten). Bij de personen met de hoogste voedingsaanbreng van vitamine E daarentegen, kon een significante daling van het risico op de ziekte van Parkinson worden vastgesteld in vergelijking met de personen die een lagere inname hadden (relatief risico = 0,68, IC 95 %, 0,49 tot 0,93). Zij die veel noten aten (meer dan vijf keer per week), een voedingsmiddel dat bijzonder rijk is aan vitamine E, genoten van een nog grotere bescherming (RR = 0,57, IC 95 %, 0,34 tot 0,95). Hiermee wordt nog maar eens het belang van de voeding een steuntje in de rug gegeven, in het bijzonder wanneer het gaat om de beschermende eigenschappen van vitamine E.
Nicolas Rousseau
Ref. :
Zhang et al. Neurology 2002;59(8):1161 |
