.
 

Archieven> N°64 > artikel
<< previous next >>

Cholesterol controleren :
gemakkelijker gezegd dan gedaan?

Voor heel wat jonge volwassenen is het cholesterolprobleem er een dat vooral op anderen betrekking heeft. En als het probleem zich voordoet, lijkt het wijzigen van de voedingsgewoonten een onoverkomelijk obstakel te zijn. Vandaar het belang van de preventie.

Door Nicolas Rousseau

" HEALTH & FOOD " nummer 64, Mart/April 2004

het artikel drukken

Aan de beschikbare gegevens betreffende het cholesterolgehalte van de Belg moet niet veel worden toegevoegd: meer dan acht op tien volwassenen hebben een cholesterolgehalte van meer dan 200 mg/dl en voor bijna één op vijf ligt deze waarde zelfs iets hoger dan 250 mg/dl. In tegenstelling met een wijd verspreide misopvatting: de leeftijd is geen excuus meer. Bij zowat 77 % van de volwassenen in de leeftijdscategorie van 35 tot 54 jaar wijst de teller van de cholesterolemie een waarde van meer dan 200 mg/dl aan. Erger nog, uit recente klinische gegevens blijkt dat de helft van de 25 tot 35 jarigen reeds een cholesterolspiegel heeft die hoger is dan 200 mg/dl.

Een toestand die langzamerhand dramatisch op onze ‘vrijgevige' sociale zekerheid begint door te wegen en dit onder meer omwille van de nieuwe voorwaarden omtrent de terugbetaling van de cholesterolverlagende medicatie. Bij nader toezicht blijkt dus dat het overgrote deel van de bevolking in aanmerking komt voor deze vorm van terugbetaling!

Meer dan ooit is de tijd rijp om aan preventie te doen, maar vooral, informatie te verstrekken over die preventie.

Meer motiveren dan informeren

Uit een in 2004 uitgevoerd cholesterolonderzoek bij 1000 Belgen, uitgevoerd door Benecol in samenwerking met de NVR, blijkt dat het een werk van lange adem wordt.

Eerste verbazing: de sensibilisatiecampagnes werpen vruchten af. Bijna 75 % van de 35 tot 54 jarigen zijn er zich van bewust dat cholesterol niet enkel een zaak van senioren is. Niettemin is meer dan eenderde (36 %) helemaal niet bekommerd om zijn cholesterol en ongeveer het zelfde percentage (39 %) denkt er af en toe eens aan.

Het meest in het oogspringend punt uit deze studie is het gebrek aan informatie omtrent cholesterol: 21 % weet niet vanaf welke leeftijd het noodzakelijk is zijn cholesterol te laten controleren. Hoewel mannen meer met cholesterolproblemen geconfronteerd worden dan vrouwen, blijken ze minder goed geïnformeerd te zijn. Het gebrek aan belangstelling voor het cholesterolprobleem is voor een groot deel te wijten aan het gebrek aan informatie omtrent cholesterol: zij die helemaal geen interesse vertonen zijn het minst goed geïnformeerd.

Argumenten die het gebrek aan belangstelling voor de cholesterol verklaren is het gebrek aan voorlichting: 32 % (van de 75 %) zijn van mening dat het verlagen van de cholesterol niet eenvoudig is.

Toch enkele bemoedigende cijfers: 77 % van de bevolking is bereid het cholesterolprobleem door enkele eenvoudige aanpassingen van zijn voeding aan te pakken en 63 % van de échte onverschilligen ten aanzien van cholesterol is bereid zijn voedingsgewoonten in beperkte mate aan te passen.

Onze boodschap moet duidelijk zijn: we moeten mensen overtuigen dat cholesterol doen dalen al bij al niet zo moeilijk is.

Een kleine formaliteit

De boodschap moet luiden: beperk de inname van verzadigde vetten ten voordele van onverzadigde vetten; maak dat er meer plantaardige producten op het bord komen en minder ‘edele' voedingsmiddelen zoals vlees en zuivelproducten.

Uit tal van studies blijkt dat het zich enkel en alleen toespitsen op de cholesterol (en de voedingsmiddelen die cholesterol bevatten) niet de goede werkwijze is, met uitzondering voor personen lijdend aan type 2 diabetes.

Schenk, naast het streven naar een beter vetzurenprofiel, vooral aandacht aan de inname van groeten en fruit, eventueel psyllium, verhoog de dagelijkse portie oplosbare vezels in de voeding: het zijn vooral deze vezels die een cholesterolverlagend effect hebben.

Een andere mogelijkheid om cholesterol door een aangepast eetpatroon te bestrijden kan bijvoorbeeld ook door het inschakelen van margarines en zuivelproducten verrijkt met fytostanolen (Benecol) of fytosterolen (Becel pro.activ). Op voorwaarde dat ze in voldoende mate worden ingenomen, kunnen ze de cholesterol met 10 % en de LDL zelfs tot 15 % doen dalen.

Een zelfde boodschap geldt voor de eiwitten en ‘zuivelproducten' op basis van soja, die vergelijkbare resultaten opleveren als hierboven aangehaald (-10 % cholesterol), dit ook weer op voorwaarde dat dagelijks een voldoende hoeveelheid van deze producten (minimum 700 g) ingenomen wordt.

Maar waarom maar op één maatregel mikken? Het is geweten dat de combinatie van deze aanbevelingen tot nog betere resultaten leidt. Bepaalde studies tonen zelfs aan dat de combinatie van verschillende voedingsaanpassingen beslist kan rivaliseren met de inname van statines (1).

Nicolas Rousseau
Diëtist, voedingsdeskundige

Referentie :
(1) Health and Food 61; pp 16-17.

hoog van bladzijde

<< previous

Google

Web
H&F.be
 

 

© Health and Food est une publication de Sciences Today - Tous droits réservés